woensdag 16 december 2015

Nieuwsbrief, jaar IV, nr. 5 – december 2015


“Ik kan alles doen door Hem die mij kracht geeft”

Ik ben Francis Chikwado Onwuchulum; ik ben 26 jaar en van mijn eerste jaar Theologie aan de Pauselijke Universiteit van het Heilig Kruis heb ik er nu negen maanden opzitten. Mijn stad, Onytsha, is een grote wereldstad in het Zuidoosten van Nigerië, waar de rivier de Niger uitmondt in de Atlantische Oceaan.

Ik ben geboren in een dorpje niet ver daarvandaan, maar heel kort daarna verhuisden mijn ouders met mij en mijn broers naar de stad. Mijn vader werkte als trader in de financiële wereld en mijn moeder werkt op het stadhuis; beiden behoren tot de Igbo-stam, waarvan alle leden in Nigerië katholiek zijn. Als kind groeide ik op in een liefdevolle en rustige omgeving als de jongste van drie broertjes. Helaas, toen ik drie jaar was, verloor ik mijn vader. Ik heb maar een vage herinnering aan hem maar, God zij dank, slaagt mijn moeder er steeds in die levend te houden: ik weet dat hij in de stad werd gerespecteerd om zijn eerlijkheid en zijn harde werk, en mijn moeder vertelt over hem als een man met een grote liefde voor de waarheid en met een rijk gebedsleven.

Mijn moeder liet zich niet ontmoedigen, zelfs niet door deze gebeurtenissen; haar leven draaide om Christus. Elke ochtend nam zij ons vóór de Afrikaanse dag en dauw, om half zes, mee naar de mis om ons daarna naar school te brengen in het vooruitzicht van een lange werkdag, en dat deed zij tot mijn twee broers waren afgestudeerd, een in de economie en een in marketing. Dat heeft vruchten opgeleverd.

zaterdag 25 april 2015

Nieuwsbrief, jaar IV, nr. 4 – maart 2015

De vreugde van mijn leven vinden

Ik ben Alberto, tweedejaars student theologie uit Ghana. Ik kom uit een groot gezin met zes kinderen. Ik ben de enige seminarist en mijn zus is de enige non en provinciaal overste van de Congregatie van de Heilige Jozef van Cluny. En de andere vier? Je zou kunnen zeggen dat met een hartspecialist, een keel-, neus- en oorarts en een oogarts wij thuis een echte kliniek hebben!

Om de waarheid te zeggen: als klein kind al wist ik zeker dat ik advocaat wilde worden, tot ik op zekere dag tijdens het speel-kwartier op de basisschool een priester zag die naar ons toe kwam om onze spelletjes te ze-genen. Toen ik naar hem keek kreeg ik een vreemd gevoel. Ik herinner mij dat ik op dat moment een bijzonder grote vreugde voelde die van die per-soon uitging, en mijn aandacht werd getrokken door één detail: de stola waarop een groot gouden kruis was aangebracht. Die ontmoeting veranderde mijn plannen volledig en ik geloof ook niet dat het zomaar een toevallige gebeurtenis was. Vóór die ervaring bewaarde ik eigenlijk een zekere afstand tot het geloof en had niet de gewoonte om naar de mis te gaan, mede door de invloed van sommige school-vriendjes. Ik geloofde niet dat er enige reden of noodzaak was om God te aanbidden. Mijn vader keek goed hoe ik mij gedroeg en op zekere morgen bracht hij mij met grote fijngevoeligheid tot het inzicht hoe belangrijk de mis was voor mijn leven. En van de moment besloot ik met mijn ouders elke morgen naar de mis te gaan totdat ik deze priester ontmoette.